Messing slot Core 5mm staal boeien slot Veiligheid Loto Lockout hangslot Tagout
Deel nr.:WCP40SD5
Veiligheidshangslot
Deel nr. | Materiaal van de boeien | A (mm) | B(mm) | C(mm) | Beschrijving |
WCP40SD5 | Staal | 5 | 40 | 22 |
Ondersteuning van dezelfde toetsen, verschillende toetsen, master toetsen en grand master toetsen.
|
WCP40SR3 | Staal | 6 | 40 | 19 |
Wanneer doe je Lockout tagout?
Wanneer aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan, is het niet nodig de gedetailleerde isolatieprocedure uit te voeren:
Er is geen opgeslagen of restenergie in het apparaat/de machine zelf;
De inrichting/machine heeft slechts één energiebron en kan gemakkelijk worden geïdentificeerd en geïsoleerd.
Het isoleren en afsluiten van de energiebron kan de uitrusting/machine volledig voorkomen dat deze wordt afgesneden en intact is geïsoleerd;
Gebruik een vergrendeling om de vergrendelde toestand te bereiken;
Elk onderhoudspersoneel kan zijn eigen slot effectief bedienen;
De onderhoudsoperatie zal geen schade toebrengen aan ander personeel;
Bij het onderhoud van de apparatuur onder bovengenoemde uitzonderlijke omstandigheden is er geen ongeval veroorzaakt door toevallige energievrijstelling.
Een routinematige, herhaalde operatie die tijdens normale werking wordt uitgevoerd
Kleine onderhoudswerkzaamheden die nodig zijn voor de werking en productie van apparatuur, zoals kleine gereedschapsveranderingen en -aanpassingen;
Werkzaamheden aan de apparatuur waarbij de draadstop aan de stroomtoevoer is aangesloten en de stop is onder controle van de niet-operator;
gekwalificeerd personeel dat werkt aan niet-geïsoleerde elektrische leidingen of componenten;
Werkzaamheden aan onderdelen onder 50 V spanning en op basis van risicobeoordeling
Er is geen verbranding of explosie veroorzaakt door elektrische vonken;
Installatie, met inbegrip van communicatie of testen van aanverwante apparatuur, die niet onder controle staat van elektrische installaties die worden gebruikt om elektriciteit te produceren, over te brengen of te distribueren;
Operaties die kunnen worden blootgesteld aan elektrische gevaren in of nabij geleiders/apparatuur die zich in het substation van de installatie bevinden en tussen het substation en de voedingsleidingen.